Grondexploitaties zijn vaak langlopende projecten met aanzienlijke investeringen. Dit maakt ze gevoelig voor prijsveranderingen. Bij de Programmarekening 2023 (PR2023) zijn de indices voor de grondexploitaties bepaald. In het kader van de tussentijdse actualisatie zijn deze gemonitord.
In de onderstaande tabel zijn de actuele indices weergegeven, met tussen haken het verschil met de index verwachtingen zoals ze bij de PR2023 bepaald waren. Als de index gelijk is aan de gehanteerde index bij PR2023, dan staat tussen haken een “- “.
INDICES | ||||
---|---|---|---|---|
Index | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 e.v. |
cpi | 3,5% ( - ) | 2,5% ( - ) | 2,5% ( - ) | 2,0% ( - ) |
gww | 4,0% ( - ) | 2,0% ( - ) | 2,0% ( - ) | 2,0% ( - ) |
wonen vrij | 3,0% ( - ) | 4,0% ( - ) | 4,0% ( - ) | 2,0% ( - ) |
wonen sociaal | 3,5% ( - ) | 2,5% ( - ) | 2,5% ( - ) | 2,0% ( - ) |
commercieel | 1,5% ( - ) | 1,5% ( - ) | 1,5% ( - ) | 2,0% ( - ) |
plankosten | 5,0% ( - ) | 4,0% ( - ) | 4,0% ( - ) | 2,0% ( - ) |
discontovoet | 2,0% ( - ) | 2,0% ( - ) | 2,0% ( - ) | 2,0% ( - ) |
rente | 0,3% (- 0,8%) | 0,5% (- 0,9%) | 0,8% (- 1,1%) | 1,0% (- 0,8%) |
In het kader van de tussentijdse actualisatie voor de Programmabegroting 2025 (en MPG) zijn de indices niet aangepast. De rente is wel naar beneden bijgesteld. Dit is gedaan op basis van aangepaste regels vanuit het BBV.
De indices zijn begin 2024 bepaald op basis van de Outlook Grondexploitaties 2024 van Metafoor Ruimtelijke ontwikkeling. De consumentenprijsindex (cpi), grond- weg- en waterbouw (gww) en plankosten worden gemonitord aan de hand van de gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Onderstaand zijn grafieken opgenomen van de ontwikkeling van deze drie indices. De index voor sociale woningen is gelijkgesteld aan de cpi. Wonen vrij en commercieel worden gemonitord op van informatie van het Kwartaalbericht Q1 2024 van Metafoor Ruimtelijke ontwikkeling.
Bron: Stateline (Centraal bureau voor Statistiek)
Consumentenprijsindex (cpi)
De jaar-op-jaar stijging van de cpi (april ’23 – april ’24) is 2,7%. Dit is lager dan de verwachte stijging van 3,5% voor 2024. In de periode april ’23 – januari ’24 was de stijging echter gering en dit heeft effect op het jaar-op-jaar percentage. Vooralsnog is er daarom geen aanleiding voor aanpassing.
Grond-, weg- en waterbouw (gww)
De jaar-op-jaar stijging van de gww (april ’23 – april ’24) is 5,2%. Dit is hoger dan de verwachte stijging van 4,0% voor 2024. In de eerste helft van deze periode (april ’23 – oktober ’23) was de stijging echter hoger dan in de tweede helft (oktober ’23 – april ’24). Vooralsnog is er daarom geen aanleiding voor aanpassing.
Wonen vrij
De grondprijzen voor woningbouw laten een daling zien in Q1 2024, maar een jaar-op-jaar stijging. De grondprijzen voor appartementen zijn echter ook in Q1 2024 gestegen. Appartementen zijn het voornaamste type woningen dat in Den Haag gerealiseerd wordt. Vooralsnog is er daarom geen reden om de verwachte stijging van 3,0% aan te passen.
Wonen sociaal
De waardeontwikkeling van de grond voor sociale woningbouw is gelijk gesteld aan de cpi.
Commercieel
Het aanvangsrendement voor de categorieën kantoren en winkels stijgt licht. De bouwkosten voor kantoren lijken relatief stabiel, de kosten voor winkels stijgen sterker. Voor 2024 wordt voor commercieel vastgoed uitgegaan van een relatief kleine stijging (1,5%). Vooralsnog is er geen reden om deze verwachting aan te passen.
Plankosten
De plankosten (inzet van intern en extern personeel) wordt gemonitord op basis van de ontwikkeling van de Cao-lonen. De jaar-op-jaar stijging van de lonen (oktober ’23 – oktober ’24) is 6,5%. Dit is hoger dan de verwachte stijging van 5,0% voor 2024. In de periode oktober ’23 – januari ’24 was de stijging echter hoger dan de rest van de periode en dit heeft effect op het jaar-op-jaar percentage. Vooralsnog is er daarom geen aanleiding voor aanpassing.
Discontovoet
De verdisconteringrente (discontovoet) die gehanteerd wordt in de waardering van de grondexploitaties, is voorgeschreven vanuit de commissie BBV. Deze bedraagt 2,0%. Hier hebben zich geen veranderingen in voorgedaan.
Rente
Het rentepercentage wordt binnen de gemeente centraal bepaald en doorbelast naar de verschillende producten. De rente is voor 2024 verlaagd tot 0,25% als gevolg van aanpassingen in het BBV. Inzake de meerjarige ontwikkeling van de rente is een voorzichtig scenario gehanteerd, waarbij de rente geleidelijk stijgt naar 1,0% in 2027 en verder. Jaarlijks wordt op basis van de werkelijke rente “afgerekend”.