Lokale heffingen

Voor gemeentelijke heffingen geldt de wettelijke eis van maximaal 100% kostendekkende tarieven. In
onderstaande tabellen is de kostendekking van de belangrijkste gemeentelijke heffingen voor 2025
inzichtelijk gemaakt. De kostendekkendheid wordt conform de regelgeving en jurisprudentie per
verordening bepaald.

Voor de kostentoerekening is ervoor gekozen (RIS313485):

•  de (compensabele) btw toe te rekenen aan de afvalstoffenheffing,
• de kwijtschelding ten laste te brengen van de afvalstoffenheffing,
•  het dividend HMS te verrekenen met de afvalstoffenheffing.

De lasten voor afvalverwijdering stijgen door de groei van de stad en de indexering. Gelet hierop stijgen de tarieven voor de afvalstoffenheffing voor 2025 met 3,48%.

Voor de periode 2021- 2025 is op 11 februari 2021 een nieuw integraal Gemeentelijk rioleringsplan door de raad vastgesteld (RIS306620). Dit rioleringsplan is de invulling van de drie gemeentelijke zorgplichten, namelijk de zorg voor het inzamelen en transporteren van afvalwater, hemelwater en grondwater. De invulling van de zorgtaken voor afvalwater, regenwater en grondwater en de daarmee samenhangende zorg voor het gemeentelijk rioolstelsel wordt bekostigd uit de rioolheffing. De aanleg van nieuwe rioleringsstelsels wordt betaald uit planontwikkeling/grondexploitatie. De lasten voor de zorgtaken voor afvalwater, regenwater en grondwater stijgen door de groei van de stad en de indexering. De tarieven rioolheffing stijgen voor 2025 met 3,48%.

Er is voor gekozen om de volgende specifieke activiteiten buiten de kostentoerekening te houden:

• Het aanpassen van bestemmingsplannen naar aanleiding van bouwaanvragen.
• De kosten van het juridisch advies in het proces omgevingsvergunningen, behalve voor de kap- en uitwegvergunning.

De kosten en opbrengsten worden over de gehele legesverordening omgevingsvergunning beoordeeld. Opbrengsten uit de ene vergunning of activiteit kunnen worden gebruikt voor de dekking van kosten die voor een andere aanvraag of vergunning worden gemaakt (kruissubsidiëring). Om kleine bouwplannen haalbaar en betaalbaar te houden, is in Den Haag met name sprake van kruissubsidiëring tussen grote en kleine bouwplannen.

Conform het BBV wordt het saldo van baten en lasten verrekend met de voorziening bouwleges. Door middel van de voorziening bouwleges worden de tarieven in de loop van de jaren geëgaliseerd.  
Een meerjarig negatief saldo van de voorziening bouwleges is niet toegestaan. Maatregelen zijn daarom noodzakelijk

De lasten voor de omgevingsvergunning stijgen. Dit heeft onder andere te maken met de invoering van de Omgevingswet en de toenemende complexiteit bij het afhandelen van aanvragen en het houden van toezicht (belangenafweging in dichtbevolkt gebied met stedelijke problematiek en mondige burger.
Om de stand van de voorziening bouwleges meerjarig op een acceptabel niveau te krijgen, wordt er voor de legestarieven voor 2025 een tariefstijging van 30% voorgesteld waardoor het legestarief voor de ruimtelijke en technische omgevingsvergunning zal stijgen van 3,26% naar 4,24% van de bouwsom. Daarnaast worden ook de overige artikelen met 30% verhoogd.